Ciao fratello,
Eindelijk is er weer eens een baby geboren in mijn omgeving. Niets is leuker dan een kraambezoek. Neem alleen al het cadeautje kopen voor een pasgeborene: piepkleine sokjes, een mutsje of alvast een kinderboek. Dit keer zag ik mijn kans schoon om eindelijk een cake te bakken, speciaal bedoeld voor de kraamvisite. In mijn favoriete vegetarisch Italiaanse kookboek van Musacchio had ik het recept al tijden op het oog: maïscake met anijszaad. Maïs geeft de jonge moeder een dot energie, en het anijszaad is goed voor ’t zog en helpt tegen buikkrampjes van de baby. Een Italiaanse variant op onze traditionele beschuit met muisjes dus. Ik vond het een grappig recept, omdat je het beslag eerst op het vuur moet koken als een soort pap, en daarna in de oven verder moet laten garen. Alles ging goed, tot ik de cake uit de oven haalde. Helemaal niet zoals op het smakelijk plaatje in het kookboek ! Mijn cake leek wel een ongerezen pannenkoek, vergeleken bij de goudgele luchtigheid op de foto. Wat had ik verkeerd gedaan. Ik kon maar één ding bedenken: het bakpoeder niet gezeefd! Er zit niets anders op: ik ga ‘m nog een keer maken, want hier kan ik niet mee aankomen.
Liefs
Karin

Carissima sorella mia,
Gisteren brachten we een bezoekje aan Pasquina. Er woei een snoeiharde wind; we werden zo ongeveer haar trullo binnen geblazen. Daar zat ze aan een tafel met daarop een enorme berg paddenstoelen die haar man Stefano ’s morgens vroeg had gevonden. Kleine grijze ‘cardoncelli’, ze groeien alleen onder dennebomen. Ik geloof dat ze de hele dag bezig was geweest om ze allemaal schoon te maken. Op de bank zat haar viendin Cieta, een kranig besje met wit haar en een snerpend stemgeluid. Ze is de vijfentachtig ruim gepasseerd en brengt haar oude dag bij Pasquina door. Zo verdient Pasquina maandelijks wat bij, en Cieta hoeft niet in een bejaardenhuis te wonen. We vertelden van jouw ingezakte taart en ze vonden het een reuze lollig verhaal. Maïsmeel wordt hier in het zuiden nauwelijks gebruikt, dus ze konden me geen goed advies geven voor de volgende keer. Wel herinnerde Cieta zich hoe de gebruiken vroeger waren, als hier een kindje werd geboren. Toen zij nog jong was, werd de streek veel dichter bewoond. In alle trullo’s woonden grote families en die hadden intensief contact met elkaar. Bij alle huizen waren ergens wel een paar stenen boven uit de muur weggehaald zodat er een duiventil kon ontstaan. Daarin woonden de ‘colombi’, witte duiven. Als je op kraamvisite ging nam je een paartje van die colombi mee als geschenk, en bovendien werd er altijd een duifje opgeofferd. Van die vogel werd een speciale bouillon getrokken, als versterkend voedsel voor de jonge moeder. Tegenwoordig worden hier nog maar weinig duiven gehouden. De jagers schieten ze uit de lucht. Cieta herinnerde zich ook een trucje voor moeders met lastige bambini, of wanneer een kindje tandjes kreeg en aldoor maar huilde. De vrouwen kookten een keteltje water en legden daar een gedroogde papaver in. Vervolgens doopten ze in deze thee een broodkorst. Het kindje dat daarop een tijdje had gesabbeld, sliep vervolgens lang en diep. Als een klaproos.
Tanti baci,
Frans
Ingrediënten:
- maïsmeel – 300 gram
- suiker – 400 gram
- melk – 500 ml
- olie – 100 ml plantaardige
- boter – 1 eetlepe
- eieren – 4, gesplitst
- anijszaad – 1 eetlepel
- bakpoeder – 1 eetlepel
- vanille-extract – 1 theelepel
- zout – snufje
- poedersuiker
Aanwijzingen:
Meng maismeel, suiker, melk, olie en boter in een pan met een dikke bodem, op een middelhoog vuur onder voortdurend roeren. Na ongeveer 10 minuten moet de massa loskomen van de pan. Kook nog eens drie minuten, haal dan de pan van het vuur en laat het beslag helemaal afkoelen. Klop de eierdooiers licht op en voeg ze toe aan het afgekoelde beslag, samen met het anijszaad, gezeefd bakpoeder en de vanille. Klop stevig op om lucht in het beslag te krijgen. Klop in een aparte kom de eiwitten met het zout op tot stijve pieken. Vouw voorzichtig een derde van de eiwitten door het beslag tot het goed is opgenomen, en voeg dan de rest van de eiwitten toe. Beleg een bakblik van 25 x 38 cm met bakpapier en giet het beslag erin. Strijk het glad met een spatel. Bak 45 minuten in een voorverwarmde oven op 180 graden, of tot een satéprikker, als die erin wordt gestoken, er schoon uitkomt. Laat de cake in het bakblik afkoelen en haal ‘m dan uit de vorm. Bestuif royaal met poedersuiker en snij in makkelijk hanteerbare stukken.