Ciao fratello,

Vorig weekend waren wij in Parijs en aten daar bij Les deux Magots aan de boulevard St. Germain. Een klassieke plek in de stad. Vanaf het terras kun je een rijke wereld aan je voorbij zien trekken. De zaak is ook nooit dicht, lijkt het. ‘s Ochtends vroeg kun je er terecht voor een café au lait en een stokbroodje, tussen de middag hebben ze een heerlijke quiche à Lorraine en ‘s avonds serveren ze simpele gerechten als plate-service. Ik hou daarvan, alles op één bordje: aardappelen met puree groente, een pastaatje of een Oriëntaals rijstgerecht. Maar de grootste attractie van Les deux Magots voor mij persoonlijk is het meisje met de taartjes. De hele dag door loopt er een meisje met een reusachtig dienblad om haar nek. Ook al iets uit vervlogen tijden. Op dat dienblad staan de allerlekkerste taartjes. De kunst is om er één aan te wijzen. Als je twijfelt wordt het meisje niet ongeduldig. Aarzelen is een deel van de lol, begrijpt ook zij. Dus toen wij daar ’s avonds gegeten hadden, vroeg ik als toetje het dienblad. En koos, hoe verrassend, een Mont Blanc, het taartje met sliertjes van tamme kastanjes.

Liefs

Karin

Carissima sorella mia,

Ik was ook weer even in Parijs toen ik je mail las, wat leuk was.

Toen ik eergisteren na een behoorlijk lange tijd weer eens het huis van Tonino binnenliep, trof ik daar alleen zijn dochter Vitalba aan. Ik weet niet wat ik aantrekkelijker vond: de veel te dikke, maar beeldschone boerendochter of de beeldschone taart die ze aan het maken was en waarover ze veel te veel, véél te dik makende slagroom uitsmeerde. De taart ging maar liefst 10 kilo wegen en was bestemd voor een meisje dat haar eerste verjaardag ging vieren. Zo doen de in wonderen gelovende katholieken in dit wonderbaarlijke land dat, en ik moet zeggen: ze doen het goed.

Ineens is het hier zomer, Dat is zoiets geks, de ene dag zit je blauwbekkend en foeterend voor de houtkachel, tevergeefs proberend de laatste, zeiknatte stukjes hout die je nog hebt te laten fikken en een dag later lig je loom op bed, zoals ik nu, met het slaapkamerraam wijd open om een verfrissend briesje binnen te laten. Het zonlicht is zwaar en behalve wat getjilp van verliefde vogeltjes en het gezoem van een eenzame bromvlieg zijn er geen geluiden waarneembaar. Het lijkt wel hoogzomer. Buiten groeien alle tinten groen en dat zijn er een hoop voor een kleurenblinde als ik. Mijn ziel, die ik jaren geleden aan de duivel heb verkocht, win ik beetje bij beetje terug door met mijn handjes boven de dekens te slapen, elke morgen vroeg op te staan en de grond rond onze olijfbomen om te spitten met een “zappa” het Italiaanse woord voor een omgekeerde schep. Dan verdeel ik de, door ons overgebleven varkentje Q hoogstpersoonlijk uitgescheten stront over de zo ontstane zwarte, voedende aarde en bid tot een god die zijn bestaan nog moet bewijzen, dat er wat regen gaat vallen en dat de bomen onstuimig gaan groeien en ons gigantische hoeveelheden olijven gaan brengen.

Tanti baci,

Frans

Montebianco – Montblanc

Voor 4 personen

Ingrediënten:

  • tamme kastanjes – 700 gram
  • melk – 1/2 liter
  • rum – 50 ml
  • cacaopoeder – 20 gram
  • vanille – 1 stokje
  • suiker – 120 gram
  • zout – 1 flinke snuf
  • voor de garnering
  • slagroom – 1/2 liter verse
  • poedersuiker – 30 gram
  • chocoladevlokken – naar smaak

Aanwijzingen:

Was de kastanjes en kerf ze één voor een in met een scherp mesje. Doe ze in een snelkookpan, voeg water toe zodat ze net onder staan en breng aan de kook. Laat 10 minuten koken. Het kan ook in een gewone pan met water maar dan is de kooktijd minstens 30 minuten.

Laat de kastanjes in het water en pel ze een voor een. Dat gaat het beste met rubber handschoenen. Haal ook het harde velletje aan de binnenkant van de kastanjes weg. Doe de schoongemaakte kastanjes in een pannetje en doe er zoveel melk bij dat ze onderstaan.

Snij het vanillestokje in tweeën en schraap de binnenkant schoon met een mesje. Voeg het schraapsel en het stokje toe aan de melk. Voeg ook de suiker en het zout toe en laat alles 20 minuten koken. Haal het vanillestokje weg en laat de kastanjes uitlekken in een vergiet. Pureer de kastanjes d.m.v. een roerzeef of een pureeknijper en bewaar de puree in een kom.

Voeg de rum bij de kastanjepuree en zeef de cacao erbij. Meng alles goed door elkaar met een houten lepel. Dek de puree af met plastic folie en laat 30 minuten opstijven in de ijskast. Sla intussen de slagroom stijf met de suiker en doe hem daarna in een knijpzak. Knijp een dot slagroom op een van de vier schoteltjes. De kastanjepuree moet daarbovenop gedrapeerd worden met een apparaat wat sliertjes maakt. Een pureeknijper met wat grotere gaatjes is daarvoor heel geschikt. Maak vervolgens verschillende toefjes slagroom op de kastanjepuree en versier deze met chocoladevlokken of marrons glacés.