Ciao fratello,

Je hebt nog een recept te goed van me: Kruudmoes. Er zullen dagen zijn dat je er niet om zit te springen, maar je weet nooit. De Achterhoekse lekkernij viel afgelopen weekend te proeven in een ‘museumboerderij’ vol emaille potten en pannen en karakteristieke oude werktuigen, en daar ben ik heengegaan. Ik had van liefhebber al veel over ‘t gerecht gehoord, maar het nog nooit gegeten. Laat staan klaargemaakt.

In de museumboerderij was het op de middag in kwestie een drukte van belang. Zo zelfs, dat er nauwelijks genoeg was om de toegestroomde menigte van een flinke portie te voorzien. In plaats van een lekker bord vol, kregen we één plastic eetlepel in een plastic bakje. En dat prakje zag er zó onappetijtelijk uit, dat mij alle lust ontnomen werd. Kots, ja, daar leek het inderdaad nog het meeste op.

Voorzichtig rook ik eraan en kijk, dat veranderde de zaak op slag. Het rook fris, kruidig, zurig, rokerig, ik kon niet wachten om die ene hap te nemen. Het stelde niet teleur. Integendeel, het was zo godsgruwelijk lekker dat ik het zo snel mogelijk zelf een keer wil maken. Weet je nog dat we vroeger karnemelkse pap met stroop aten, met van die grutjes erin? Daar doet het in de verte aan denken, maar hartiger, want er zit ook rookworst in. Je moet wel verse kervel in huis halen, maar dat heb ik toevallig volop in mijn moestuin.

liefs

Karin

Carissima sorella mia,

Dank voor je (on)smakelijke verhaal uit de museumboerderij.

Het overkomt me in dit land van culinaire overvloed regelmatig dat iemand mij vraagt wat een typisch Nederlandse lekkernij is en dan moet ik meestal ontzettend lang nadenken. Drop? Kennen ze hier ook, het heet liquirizia. Hagelslag? Mwah, niet buitengewoon interessant.

Hutspot? Boerenkool? Zuurkool? Zeker, allemaal lekker, maar ik kan me toch niet goed voorstellen dat Italianen ervan onder de indruk zullen geraken. Ik ga het met kruudmoes proberen. Als het echt zo lekker is als jij beschrijft kan ik misschien scoren, al  zal het wel een beetje een heksentoer worden om hier de juiste ingrediënten te vinden. Van karnemelk hebben ze hier nog nooit gehoord, maar je schijnt het vrij makkelijk zelf te kunnen maken van melk en citroensap. Gort is gepelde gerst, het heet hier orzo en wordt gebruikt om nepkoffie mee te maken. Er is ook een perlato variant dus dat wordt mijn parelgort. Alleen de blaadjes van de zwarte bes zijn inderdaad echt een probleem. De ribes nera groeit in vochtrijke gebieden en dus niet hier. Maar hij is vast verwant aan de braam en daar hebben we er nu juist weer veel te veel van, dus het wordt kruudmoes met bramenblad.

Van Bruine Berend herinner ik me dat hij intens stond te geuren, toen wij als kinderen gingen zwemmen in het Tjeukemeer en zo sterk ruikt het muntblad niet wat wij hier hebben. Maar we hebben wel een andere wilde muntsoort, nepitella, die behoorlijk in de buurt komt. Even oppassen dat ik geen “cicuta” pluk in plaats van kervel, want het lijkt erop maar is dodelijk giftig. Worst, spek en rozijnen zijn natuurlijk geen probleem en in plaats van stroop zal ik ingedikt druivensap gebruiken, wat het gerecht alleen maar bijzonderder zal maken. Maak je borst maar nat, Italiaanse boertjes van Buuten, want Gait-Jan gaat nu iets héél speciaals op tafel zetn

Tanti baci,

Frans

Kruudmoes

Voor 4 personen

Ingrediënten:

  • gort – 250 gram
  • rozijnen, grote – 200 gram
  • rookworst of varkensworst – 300/400 gram
  • spek, mager, gezouten – 200 gram
  • Flink wat fijngesneden kervel, bieslook, selderij, brandnetel, zuring, zevenblad, en ander onkruid kan er ook door.
  • blaadjes van de zwarte bes – 2
  • bruine berend (dat is kruizemunt met donker blad/watermunt) – 2 blaadjes
  • karnemelk – 1 halve liter
  • stroop of suiker (eventueel)

Aanwijzingen:

 

Laat de gort een avond van tevoren weken in ruim water. Kook de gort in anderhalf uur gaar in het weekwater. De worst en het spek een uur laten meekoken, eruit halen en in stukjes snijden.

Hak de kruiden fijn en laat die, samen met de rozijnen het laatste kwartier meekoken.

Laat het water van de gortepap zoveel mogelijk inkoken, maar zorg dat het niet te droog wordt.

Haal de pan van het vuur en roer er de karnemelk door. Doe ook de stukjes worst terug, en desgewenst het spek.

Warm of koud opdienen, met eventueel stroop of bruine suiker.