Ciao fratello,
Klopt het dat je een groot fornuis hebt gekocht? Toch niet zo’n deftige, dure Aga, die in Nederland vooral wordt aangeschaft vanwege z’n landelijke uitstraling? De enige plek waar ik zo’n ding op een indrukwekkende manier in gebruik zag, was een keer in Zuid Engeland. Toen we na een dagwandeling totaal verregend bij onze bed & breakfast aankwamen, werden we meteen de keuken in geleid en mochten onze schoenen naast de Aga. De jassen werden er boven gehangen, en onderuit hetzelfde apparaat haalde de vrouw des huizes vervolgens een dampendeapple pie. Probeer dat maar eens na te doen in een Hollandse doorzonwoning in de Randstad. Maar goed, jij woont tenslotte ook nagenoeg in de bush, dus zo’n levensgrote kachel zou zeker niet misstaan in je trullo. En jij hebt vast en zeker ook de tijd en de rust om een wildzwijn stoofschotel voor een uurtje of zeven achter een van die gietijzeren deurtjes te parkeren. Ik moet zeggen, de herfst is wel de tijd voor een beetje sudderen: kastanjes poffen, peertjes stoven, hazenpeper, paddestoelenrisotto, pompoentaart. Als ik zo nog even doorga, wil ik ook een slow-food fornuis.
Liefs
Karin
Carissima sorella mia,
Inderdaad heb ik na maanden zoeken op het internet dan toch eindelijk gevonden wat ik zocht: een termocucina. Een fornuis dat op hout stookt en dat bovendien via een pomp alle radiatoren in het huis van warm water voorziet. Het gietijzeren gevaarte stond alleen wel erg ver weg. In pescasseroli, hoog in de Abruzzen, vijfhonderd kilometer bij ons vandaan. Het zou veel te duur worden om het te laten transporteren. ‘Jammer’, dacht ik al. Maar Anna keek nog eens goed naar de advertentie en zag dat de aanbieder een hotel had. Ze belde de mensen op en zei dat we het fornuis graag wilden hebben, dat we er ook wel vierhonderd euro voor over hadden, maar dat we voor die prijs dan ook graag wilden overnachten. En bovendien een hapje eten. Daarop liet de allerhartelijkste mevrouw aan de andere kant van de lijn liet nauwelijks een stilte vallen en zei: ‘Va bene’. De eigenaars van hotel ‘Valle Dell’ Oro’, midden in het Parco Nazionale dell’Abruzzo (een enorm natuurreservaat waar nog beren, wolven en zelfs lynxen rondlopen) ontvingen ons alsof we oude vrienden waren. Silvia en Gerardo waren duidelijk trots alle lekkere dingen die we bij ze konden eten. Orapi bijvoorbeeld, een plant die volgens Gerardo alleen boven de 1800 meter-grens groeit. Met een lyrische blik in zijn ogen beschreef hij zijn tocht naar de top van de bergen, als de sneeuw gesmolten was. Dáár groeide de plant die met niets te vergelijken was, in smaak noch in uiterlijk. ’s Avonds proefden we de orapi, met caratelli en een andere specialiteit, arrosticini: klein gesneden stukjes schapenvlees aan een spiesje, boven houtskool gegrild. De volgende morgen laadden we het fornuis in de auto en kregen nog een grote pot zelfgemaakte pruimenjam mee. Thuisgekomen heb ik heel lang moeten googelen voordat ik eindelijk begreep wat orapo was. Stel je voor, het is waar we het al eerder over hadden, een soort Ganzenvoet, (chenopodium) familie van snijbiet en spinazie: om helemaal precies te zijn: orapo is Brave Hendrik.
Tanti baci,
Frans
Caratelli agli orapi – Pastaballetjes met groentesaus
Ingrediënten:
- Voor de pasta
- bloem – 500 gram
- water – 3 dl
- zout – 1 theelepel
- Voor de saus
- ganzenvoet – 500 gram, (of spinazie, zuring, brandnetel, broccoli )
- olijfolie – 3 eetlepels
- knoflook – 1 teen
- bouillon – of water, 1 kopje
- Spaans pepertje – 1 half
- boter – 1 eetlepel
Aanwijzingen:
Maak de pasta: Doe het meel met het zout in een kom en maak in het midden een kuiltje. Giet er beetje bij beetje het water bij en kneed tegelijkertijd. Eerst met je vingers en daarna met je handen tot het deeg glad en soepel is. Maak er een bal van. Verdeel deze in gelijke stukken, rol er slierten van ongeveer 1 cm doorsnede van en snij deze daarna met een mes in dobbelsteentjes.
de saus: Kook of stoom de groente in ongeveer 10 minuten bijna gaar en laat afkoelen. Verhit de olijfolie in een pan en laat de fijngesneden knoflook hierin lichtbruin worden, samen met het fijngesneden Spaanse pepertje. Doe de groente erbij en schep op hoog vuur een paar maal om. Draai het uur laag en doe het kopje bouillon of water erbij. Laat ongeveer 15 minuten sudderen en laat er dan het klontje boter in smelten.