Ciao fratello,

Ik heb me mijn hele leven lang verzet tegen gekkigheid met asperges. Lekkerder dan met ham, ei, gesmolten boter en een nieuw aardappeltje wordt het toch nooit. Hoeveel alternatieven mij ook in bladen en recepten worden voorgeschoteld, ik ben er nooit voor gezwicht. Tot afgelopen Paasweekend. Ik had er namelijk veel te veel. Op goede vrijdag aten we ze gewoon à la Flamande, maar toen had ik er nog veertig over. Mijn oog viel op een interview met Ron Blauw, die vertelde dat hij asperges ‘t liefst met ham en ei eet, maar dat hij ze grilt, omdat dan de smaak beter bewaard blijft. Kijk, en daar was ik wel voor te porren. Voor de zekerheid heb ik de asperges nog wel even drie minuten in kokend water gelegd om ze een eerste zetje te geven, maar daarna heb ik ze op een gloeiendhete grillplaat verder laten garen. Met verbluffend resultaat. Niet alleen gaf het die bleke stengels leuke bruine streepjes, maar de smaak was ook echt anders, intenser zou ik haast zeggen. En toen ik daarna nog zes asperges over had, heb ik alle grenzen overschreden: asperges in de pastasaus. Ik geef je het zelfverzonnen recept, want het was delizioso.

Liefs

Karin

Carissima sorella mia,

Een van de grote charmes van een echte authentieke trullo is de vloer. Die is gemaakt van grote platte stenen die destijds her en der in het land als min of meer rechthoekige rotsblokken werden gevonden en daarna met de hand bewerkt, tot ze de juiste vorm hadden. In de loop van de jaren heeft slijtage de ‘chianche’, zoals deze vloerstenen heten, een marmerachtige glans gegeven. Vaak zijn ze nog grillig van structuur en dus een beetje lastig  schoon te houden. Daar staat tegenover dat je een schitterende ruige vloer hebt. Tegenwoordig worden deze soms wel twintig centimeter dikke vloertegels niet meer gemaakt en wordt er veel geld voor betaald. Ook worden leegstaande trullo’s soms geplunderd: de plavuizen  worden eruit gehaald en verkocht. Een stuk van de vloer van de trullo die we aan het verbouwen zijn heeft blijkbaar hetzelfde lot ondergaan, want daar waar de tegels zouden moeten liggen is ooit cement gestort. Dat hebben we er nu uit gebeiteld en zijn vervolgens op zoek gegaan naar iemand die nog chianche te koop had.

We hadden wel eens een stapel zien liggen op het terrein van een man die bij ons in de buurt woont en nu belden we bij hem aan om te vragen of we ze konden kopen. Massimo bleek een joviale zestiger met een passie voor tuinieren, want zijn land lag er pijnlijk verzorgd bij.  Voordat we over zaken konden praten moesten we eerst koffie drinken met hem en zijn vrouw Isabella. Massimo vertelde dat de plavuizen die hij had liggen uit een trullo kwamen die zijn vader nog had gebouwd: ‘Toen bestond geld nog nauwelijks. Héél vroeger werden trullo’s gebouwd door rondtrekkende families. Hun loon bestond uit kost en inwoning en als de trullo helemaal klaar was, kregen ze als beloning een zak gedroogde vijgen. Wanneer ze wat extra’s vroegen voor hun kinderen was het antwoord: ‘Nee hoor, die hebben toch niet meegeholpen?’’ Vijgen waren veel waard, omdat ze zo energierijk zijn. Een boer kon wel een hele dag werken met alleen een paar gedroogde vijgen als ontbijt.  Ook werd er alcohol van gestookt, wat ze een tijdlang tot het belangrijkste exportproduct van deze streek maakte.  De gedroogde vijgen werden bewaard in amforen, in allerlei verschillende maten. Je ziet ze nog steeds veel in deze omgeving. De grootste zijn soms wel twee meter hoog. Massimo vertelde dat zijn vader, toen het geld in omloop kwam, besloot om zijn eerste salaris onder de vijgen in de amfoor te verstoppen. De jaren verstreken en op een dag vroeg een man of hij die amfoor niet kon kopen. ‘Ja hoor, dat is goed en neem die vijgen erin ook maar mee’. Een dag later herinnerde Massimo’s vader zich dat hij ooit geld onder de vijgen had verstopt. Hij spoedde zich naar de man die de amfoor had gekocht. Deze wist natuurlijk nergens van.

Tanti baci,

Frans

Asparagi con polpette di carne e pomodorini – Asperges met gehaktballetjes en pomodorini

Voor 2 personen

Ingrediënten:

  • uitje – 1
  • asperges – 6 geschilde
  • (lams)worstjes – 2
  • pomodorini – 1blik
  • olijfolie
  • zout en peper
  • Parmezaanse kaas
  • penne – 200 gram

Aanwijzingen:

Neem een diepe koekenpan, laat een flinke scheut olijfolie heet worden en zet dan het vuur laag. Laat er een gesnipperd uitje zachtjes in fruiten. Snij de geschilde asperges in stukjes van drie centimeter (de lengte van penne) en doe ze bij de ui in de koekenpan. Zet het vuur weer hoog en bak de stukjes asperge al omscheppend een paar minuten tot ze een beetje kleur krijgen. Zet het vuur weer laag. Neem de lamsworstjes en wrijf er aan één kant steeds kleine stukjes gehakt uit. Je kunt dit direct boven de koekenpan doen, maar als je dit klusje nooit eerder hebt geklaard, doe je het eerst boven een houten plank. Zo kun je de stukjes gehakt eventueel eerst een beetje tot balletjes fatsoeneren, voordat je ze in de pan bij de asperges doet. Vuur weer hoog en de gehaktballetjes aan alle kanten heel kort laten bruinen. Voeg een blik pomodorini bij. Deze ingeblikte cherrytomaatjes zijn smakelijker dan verse van Hollandse bodem. Deksel schuin op de pan en op klein vuur laten sudderen. Kook ondertussen de penne gaar (niet teveel, 50 gram per persoon is voldoende). Verdeel de gare pasta over de borden en schep er de asperge-tomaten-gehaktsaus op. Rasp er flink wat Parmezaan overheen en versier eventueel met een blaadje basilicum.