Ciao Francesco,
Vorig jaar zomer had ik een fijn boek mee naar Italië: ‘Jezus kwam niet verder dan Eboli’, van arts, auteur en schilder Carlo Levi. Het is een dagboek, dat hij bijhield toen hij in 1935 vanwege antifascistische activiteiten verbannen werd naar het barre zuiden van Italië. Hij moest er een tijd in een bijna Middeleeuws dorp verblijven. De notabelen vonden Levi wel een interessante figuur, waardoor hij nog redelijk kon gaan en staan waar hij wilde. De gewone dorpelingen vroegen Levi vooral om medische zorg; er heerste nota bene nog malaria! Hij beschrijft die samenleving poëtisch en wetenschappelijk tegelijk, met veel mededogen. Hij heeft ook een goed oog voor het landschap: ruig en spectaculair. Daarom was het ook zo leuk om het boek tijdens die vakantie te lezen. Maar ik was toen bij jou, en aan de Pugliëse kust is de natuur toch weer wat lieflijker dan midden in Basilicata. Er heerst vast geen malaria meer, maar een welvarende streek is het volgens mij nog steeds niet. Van andere fans van Levi’s boek kreeg ik er een plaats aangeraden: Castelmezzano. Vooral vanwege een goed restaurant aldaar: ‘Al Becco della Civetta’. Ken je dat toevallig? En is het inderdaad de moeite waard om daar even te stoppen, als ik vanuit Napels op weg naar Puglia ben?
Liefs
Karin
Carissima sorella mia,
‘Christo si è fermato ad Eboli’ gaat inderdaad over een buitengewoon fascinerende streek! Ik hou erg van door Italië reizen, want je hoeft maar tien kilometer te rijden of het landschap verandert totaal. Daardoor is bijvoorbeeld de relatief korte reis van Puglia naar Napels (als je rechtstreeks rijdt is het maar vier uur) een avontuurlijke onderneming. Er loopt een lange slingerende autostrada van Metaponto naar Potenza waarop je weinig of geen ander verkeer tegenkomt. Lange tijd rijd je tussen de kale heuvels, waardoor je het gevoel krijgt in een spaghettiwestern te zijn verzeild geraakt. De ruige landerijen lijken slechts bewoond door wat schapen en een enkele wouw. Maar plotseling verandert het decor en tekenen grimmige rotspieken zich af tegen de horizon. Daar begint het natuurgebied ‘Pollino’, wat zowel in Basilicata als in Calabrië ligt. Het loont de moeite hier een paar dagen rond te zwerven, want tussen die enorme steenmassa’s liggen uitgestrekte wouden, rivieren, meren en fantastische stadjes. ‘Al Becco della civetta’ ken ik niet, maar je kunt daar zelfs in de meest sloom uitziende bar of trattoria al bijzonder lekker eten. Wel zijn we inderdaad een keer in Castelmezzano geweest. Er was net een dorpsfeest aan de gang. Jongens van rond de zestien jaar hadden in het bos de hoogste boom omgezaagd die ze konden vinden en sleepten die vervolgens met ossenkarren het dorp in. Midden op het dorpsplein werd de boom rechtop gezet en was het een sport om er in te klimmen.
Ze houden daar kennelijk wel van spektakel, want vanuit datzelfde dorp kun je ook een ‘volo dell’ angelo’ maken, een vlucht van de engel. Op 1000 meter hoogte is een kabel gespannen van Castelmezzano naar Pietrapertosa. Daaraan hebben ze een katrol bevestigd, waarin je op je buik kunt hangen als een vogel. Met 120 km per uur vlieg je dan in twee minuten over het dal. Iedereen die het gedaan heeft zegt dat het een onvergetelijke ervaring is! Maar kijk even op Youtube… voor geen goud!
Tanti baci,
Frans
Ingrediënten:
- aardappelen – 800 gram
- knoflook – 2 tenen
- peterselie – een paar takjes
- oregano – 1 takje
- pecorino – geraspt, 2 handjes
- lamsvlees – 1 kilo
- zout, peper, olijfolie
Aanwijzingen:
Schil de aardappels en snijd ze in vier parten. Was ze, laat ze uitlekken en meng ze met de fijngehakte kruiden, de kaas, het in blokjes gesneden vlees, zout, peper en een scheut olijfolie. Doe dit mengsel in een bakblik en laat het anderhalf uur in een op 200 graden voorverwarmde oven bakken.